Leerlingbegeleiding

De basiszorg en het schoolondersteunigsprofiel

“Basiszorg” houdt in dat er binnen het samenwerkingsverband afspraken zijn gemaakt over waar ouders en leerlingen op mogen rekenen op het gebied van leerlingenzorg op alle scholen van dit samenwerkingsverband. Daarnaast is er een schoolspecifiek “schoolondersteuningsprofiel”. Daarin staat puntsgewijs beschreven wat voor school De Zwaaikom is, welke doelgroep de school precies bedient, hoe de aannamecriteria precies zijn en welke expertise op school aanwezig is. Ook staat er kort in weergegeven welke ontwikkeling de school wil doormaken op het gebied van leerlingenzorg. Uitgebreider kunt u dit opvragen bij de directie van de school, die u het schoolplan en de doelstellingen desgewenst ter beschikking stelt.

Hier kunt u het schoolondersteuningsprofiel vinden (opent in nieuw scherm)

Hier  kunt u de samenvatting van het ondersteuningsplan van het Regionaal samenwerkingsverband (www.rsv.nl)  vinden.

Ontwikkelingsperspectief (OPP)

In de eerste zes weken van het schooljaar wordt op basis van alle dossierstukken en onderzoeksgegevens voor alle leerlingen een ontwikkelingsperspectief vastgesteld. Het ontwikkelingsperspectief beschrijft de te verwachten uitstroombestemming na vier of vijf jaar praktijkonderwijs. In het OPP wordt ook de uitstroombestemming onderbouwd en wordt beschreven welke leerlijn voor rekenen en taal een leerling naar verwachting zal volgen. Het ontwikkelingsperspectief wordt tenminste jaarlijks met ouders opnieuw besproken.

Mijn OntwikkelPlan (MOP)

Voor iedere leerling wordt twee keer per jaar een ontwikkelplan (MOP) opgesteld. Aan de hand van alle beschikbare informatie over een leerling wordt een algemeen beeld geschetst. Op basis daarvan wordt gekeken wat het verwachte uitstroomprofiel voor deze leerling zou kunnen zijn. Mogelijkheden hierin zijn werk binnen het vrije bedrijf, werk met begeleiding, een vervolgopleiding of een combinatie hiervan. Het uitstroomprofiel is een streefprofiel en zal op basis van de ontwikkeling van de leerling waar nodig worden bijgesteld en meer specifiek gemaakt. Ook staan in het MOP de doelstellingen van het schooljaar beschreven. Aan de hand van deze informatie stelt de leerkracht, in het coachingsgesprek met de leerling dit plan op, waarin afspraken worden gemaakt over hele concrete leerdoelen. Ieder jaar wordt het MOP twee keer aangepast.

Coachingsgesprekken

In het praktijkonderwijs ligt het accent van het onderwijs op zelfstandig werken, zelfstandig leren en verantwoordelijkheid dragen voor eigen leren. Leerlingen moeten leren om zelf hun (leer)doelen te bepalen, hier concrete afspraken over te maken en deze uit te werken in uitvoerbare plannen en activiteiten. Van de leerkracht wordt hierbij verwacht dat hij in staat is om in de rol als coach de leerling coachend te begeleiden. In het eerste jaar zal de nadruk vooral liggen op het introduceren van de gesprekken en het voor de eerste maal voeren van de gesprekken met de leerlingen. In de laatste jaren van de schoolloopbaan zullen de gesprekken meer in het kader staan van de stage

Groeps- en leerlingbespreking

Meerdere keren per jaar vinden er groeps- en leerlingenbesprekingen plaats, waarbij de groepsleerkracht, de vakleerkrachten, de ondersteuningscoördinator en eventueel andere betrokkenen aanwezig zijn. Deze gesprekken vinden plaats op basis van het integratief beeld (gezamenlijk rapport), het MOP en het leerlingvolgsysteem. Ook kunnen er aandachtspunten vanuit de coachingsgesprekken tijdens de leerlingenbesprekingen aan de orde komen

Zorg Advies Team (ZAT)

Het Zorg Advies Team (ZAT) bestaat uit de directie, de orthopedagoog, de schoolmaatschappelijk werker en de ondersteuningscoördinator. In dit team worden leerlingen besproken die extra zorg vragen. Het ZAT kijkt, samen met de leerkracht, naar een goede aanpak van de leerling. Elke tweede bijeenkomst zijn ook de schoolarts en de leerplichtambtenaar bij het overleg aanwezig (ZAT+).

Passend Onderwijs en het regionaal samenwerkingsverband

Met de Wet Passend Onderwijs van 1 augustus 2014 zijn scholen verplicht een passende plaats te bieden aan leerlingen die zijn aangemeld. Dit kan zijn op de eigen school, maar ook op een andere, bijvoorbeeld in het speciaal onderwijs. Scholen zijn verplicht aangesloten bij een regionaal samenwerkingsverband. In onze regio is dat het Regionaal Samenwerkingsverband Breda en omgeving (RSV Breda e.o.). De scholen maken met elkaar afspraken over onder meer de ondersteuning (de “zorg”) aan leerlingen. Als een leerling beter geplaatst kan worden in het speciaal onderwijs, dan is een toelaatbaarheidsverklaring nodig van het samenwerkingsverband.

Veilige Route

De veilige leerroute is het extra ondersteuningsaanbod voor kwetsbare leerlingen die moeite hebben zich te handhaven en waarbij de basisondersteuning die in het Praktijkonderwijs wordt geboden onvoldoende tegemoet komt aan de ondersteuningsbehoefte van de leerling.
Het streven is om deze leerlingen zoveel mogelijk geïntegreerd te laten werken in de groepen: inclusief waar mogelijk, specifiek waar nodig.
In de eerste periode van het schooljaar krijgt de leerling extra begeleidingslessen met onder andere het invullen van een school wie-wat-waar (overzicht van de structuur van school en andere praktische zaken) en uitleg over het rooster (welke les, waar moet je zijn, hoe laat en welke spullen zijn nodig). Ook wordt er wordt met de leerling samen een bijsluiter gemaakt, waarop in vijf korte punten is samengevat waar de leerling baat bij heeft. Daarnaast krijgt de leerling krijgt de mogelijkheid om te pauzeren in een prikkelarme omgeving. Er zijn extra obervaties tijdens de lessen, zowel theorie- als praktijkvakken, overleg met mentoren hoe het met de leerlingen gaat en hoe zaken het beste aangepakt kunnen worden en er wordt, indien nodig, expertise van buitenaf ingeschakeld.


 

Laatste nieuws

Waarom praktijkonderwijs?

Waarom prakijkonderwijs? Prakijkonderwijs.nl heeft hierover een mooi (kort) filmpje gemaakt. Bekijk het hieronder: